To Dubbo and beyond!

25 september 2017 - Port Augusta, Australië

Nu we het hoofdstuk Bourke achter de rug hebben was het tijd om verder te reizen! Met als eerste stop, Dubbo, de grote outback stad! Wonder boven wonder gingen we hier heen om onze goede Hollandse maat, Marnix te bezoeken! Nadat zowel wij als Marnix meer dan 4 uur hadden gereisd was het een vreemde ervaring om elkaar ineens aan de andere kant van de wereld te zien.
Hier hebben we heerlijk genoten op een gratis campsite 40km buiten Dubbo. De onverharde weg naar deze campsite was bezaait met rondspringende kangoeroes wat extra leuk was, gezien dit Marnix z'n eerste kangoeroes waren.
Na wat gehobbel kwamen we aan bij een heerlijk rustig gebied. Een snel stromende rivier, honderden kaketoes (wat soms wel voor een helse herrie zorgde!) en een lekker temperatuurtje maakte het absoluut geen straf om hier twee dagen rond te hangen. Er zouden hier ook vogelbekdieren zitten, maar die hebben zich erg goed verscholen gehouden. Volgende keer beter! Tot laat in de avonden hebben we rond ons kampvuur genoten van een lekker wiskeytje en slechte muziek!

Na drie dagen was het tijd voor ons om onze grote reis voort te zetten richting Port Augusta, en voor Marnix tijd om terug naar Blaxland te gaan. Maar onze paden zullen zeker weer kruisen! Tot snel onze mede reiziger.

Onze eerste stop richting Port Augusta was een rest area genaamd Hermidale. Hier kwamen we dood moe aan aan het eind van de middag, met het idee even lekker te koken. Niets bleek minder waar. 1 Stap buiten de bus maakte duidelijk dat wij voorlopig in de bus zouden blijven. Het stikte hier namelijk van de vliegen! Dit leek wel het commando centrum van het grote vliegen leger. Met groepen te gelijk probeerde ze in je neus, mond, oren en ogen te kruipen om zich vervolgens (letterlijk) aan je speeksel en andere lichaamssappen te goed te doen. Laten we het er op houden dat dit een nieuwe ervaring was. Deze vliegen hebben namelijk deze sapjes nodig om zich voort te kunnen planten, vandaar dat ze zo “in your face” zijn.
De volgende ochtend vertrokken we dus ook maar zo snel mogelijk!
Ook stonden we helemaal alleen op dit rest area, dat was stiekem wel een beetje spannend. Nou gebeurd er niet bar veel in new south wales, we hebben wel genoeg verhalen gehoord dat je dit in het nooderlijk terretorium maar beter niet kan doen...  Dat speelt dan toch wel een beetje in je hoofd. Echter hebben we het overleefd zonder ook maar 1 keer gestoord te worden.

Op weg naar de volgende campsite kwamen we door Cobar, een erg leuk mijners dorpje ter grote van Bourke. Hier hebben we een middelgrote goudmijn van af een uitkijk punt kunnen bekijken. Een gat in de grond waar je u tegen zegt! Hier vertelde een man van het informatie centrum ons dat het vandaag tegen de 40 graden zou worden.... de horror. Onder weg kwamen we zogeheten “oversize” transport tegen. Deze waren dusdanig oversize dat wij simpelweg van de weg af moesten! Beide banen werden gebruikt voor het transport van de werelds grootse CAT mijnbouwtruck. Dit mechanische monster was zo gigantisch dat hij in drie delen getransporteerd moest werden, plus nog vrachtwagen die alleen de wielen me namen! Deze wielen alleen zijn al meer dan twee keer zo hoog als onze bus zelf! Een machine die perfect was voor het opmaken van de wereld zijn natuurlijke grondstoffen.
Na mate we verder reden stak er een fanatieke wind op die met de minuten erger werd. Zand vloog alle kanten op en wolken van rood stof knalde tegen de zijkant van onze geliefde vierwieler. De temperatuur liep snel op tot de genoemde 40 graden, en dit maakte de reis niet bepaald te genieten! Tot onze grote opluchting kwamen we aan bij een klein, maar knus roadhouse genaamd het Emmdale Roadhouse. De eerste stap binnen was alsof er een last van je schouders viel. Een temperatuur die wel goed vol te houden was! Dit roadhouse werd voornamelijk bemand door andere backpackers van over de wereld, dus we waren geen vreemde verschijning. We deden ons tegoed aan een paar lekkere Bundaberg ginger beertjes en een goede cheeseburger. Terwijl we hier zo’n twee uur lang aan het bijkomen waren was de wind nog erger geworden en vluchtte veel mensen van de weg af en naar het roadhouse. Al snel was het een volle bedoening! Zodra het wat beter begaanbaar werd was het tijd om onze slaapplek op te gaan zoeken!
zo’n 100km verderop kwamen we aan bij Maccullochs range rest area. Dit had men beter Goats range rest area kunnen noemen, gezien hier wel meer dan 30 wilde geiten zich op hielden! Een gezellige stel gesikte beesies die gelukkig een vriendelijke instelling hadden. Ze waren dan ook overal, op de bankjes, onder te tafels etc. Het was omgetoverd tot hun eigen “geitenkamp”. Uiteraard konden wij hier wel van genieten, want de sullige geiten koppies blijken toch ook een zwak punt voor ons. In de ochtend kregen we bezoek van een reusachtige familie van apostel vogels, australische ringnek parkieten, pied butcherbirds en uiteraard een goede lading geiten! Nadat deze allemaal een kleine snack en wat water (ons zwakke hart) van ons kregen stapte we weer in ons ijzeren paard om ons pad te vervolgen.

Het pad leidde ons naar een minuscuul dorpje met de naam...jawel, Cockburn. Waar die naam vandaan komt mag joost weten. Al hoop ik dat joost er geen last van heeft ;). Het dorp licht ergens in the middle of nowhere met tot aan de horizon alleen maar uitgestrekte vlakten van zand, steen en her en der wat lage begroeiing.
Dit dorpje heeft slecht 19 inwoners en bestaat uit een paar huizen en een pub. Een aandoenlijk en typisch outback dorpje waar menig vervallen gebouw staat en er stof in overvloed is! Het deed met nogal denken aan de film Tremors....Voor een kleine 10 dollar verbleven we op hun campsite waar we even konden douchen en s’avond konden genieten van een Coopers sparkling ale biertje(en wat leuke gesprekken met de bewoners) in de pub! Een leuke ervaring om in zo’n klein plaatsje te zijn.
De volgende ochtend vond Patty een verassing op het toilet. Niet van haarzelf, maar in de vorm van een grote pijnappelskink! Dit beesie was net een klein draakje. Ik zou willen zeggen, bewonder de foto’s maar snel! Maar helaas betwijfel ik dat de wifi het voor elkaar krijgt de foto’s er op tijd op te zetten.
Een leuke ervaring rijker was het tijd voor onze eindbestemming (voor nu), Port Augusta!

Dit laatste stuk weg was ongeveer 400km en bracht ons door een erg divers landschap. Van uitgestrekte aride vlakten naar droge eucalyptus bossen. Na mate we dichter bij de kust kwamen ontstond er steeds meer reliëf in het landschap, en verschenen er grote heuvels in het waterschaarse gebied. Deze heuvels liepen soepel over naar een prachtig groen landschap wat ons overdonderde met zijn schoonheid. We kwamen door een kort maar krachtig gebied van groene bergen/heuvels (?) waar we ons via een hele lading scherpen S-bochten doorheen werkten. Na deze klim en daling lag ons doel in zicht en zagen we eindelijk na drie maanden weer de zee! Een wonder! We bliezen de laatste beetjes outback stof uit onze neusgaten en genieten van de zilte zeelucht!

Morgen gaat onze bus naar de garage voor zijn grote check-up voordat we naar Alice spring verdekken... Dus jongens, duimen dat hij er goed van af komt!!

Een fijne dag daar in t’kikkerland, en

Goodziens!

Van reisblog naar fotoboek
Laat een prachtig fotoboek afdrukken van je verhalen & foto's. Al vanaf € 21,95.
reisdrukker.nl

Foto’s

5 Reacties

  1. Dini:
    25 september 2017
    Weer een erg leuk verhaal geniet er steeds weer van.Groetjes en goede reis.
  2. Koen:
    25 september 2017
    Tof verhaaltje! Hele andere werelden! heel veel reisplezier!
  3. Jacintha Lamers:
    25 september 2017
    Leuk hoor Kerst en Patty!
  4. Maarten Vermeulen:
    26 september 2017
    Supergaaf lui! Veel plezier nog!
  5. Kerst&patty:
    29 september 2017
    Thanks guys! Wij zijn inmiddels alweer bijna bij uluru!